Schildklier - Hyperthyreoïdie
Geplaatst: 23 jul 2009 11:43
Hyperthyreoïdie bij de kat
Hyperthyreoidie ofwel een overactieve schildklierwerking is de meest voorkomende hormonale afwijking bij de oudere (gemiddeld 12 à 13 jaar) kat.
Zelden treedt het op bij katten jonger dan 8 jaar, en er is geen geslachts- of raspredispositie.
De schildklier bestaat uit twee delen die in de hals aan weerszijden van de luchtpijp zitten net onder het strottenhoofd. Bij enkele katten is ook nog schildklierweefsel in bijvoorbeeld de borstholte of de nek aanwezig.
De ziekteverschijnselen zijn het gevolg van een verhoogde productie van schildklierhormonen door een gezwel in de schildklier(en).
In 98% van de gevallen is het gezwel zeer goedaardig en in 2% van de gevallen kwaadaardig. Deze kwaadaardige tumoren zaaien echter meestal niet verder in het lichaam uit.
In 20% van de ziektegevallen betreft het maar één schildklier, in 70% beide schildklieren en in 10% is de aandoening driezijdig aanwezig. We spreken van driezijdig als ook het schildklierweefsel in de borstholte of de nek meedoet.
Wat zijn de ziekteverschijnselen bij hyperthyreoïdie?
Een verhoogde productie van schildklierhormonen verhoogt de stofwisseling en beïnvloedt zo de werking van vele organen, zoals het hart, het maagdarmkanaal, het zenuwstelsel en de nieren.
Zo gaat bijvoorbeeld het hart sneller en krachtiger pompen, waardoor de hartspier dikker wordt en de kat de hartspierziekte 'cardiomyopathie' ontwikkelt. Ook gaan bij vele katten met hyperthyreoïdie de nieren sneller achteruit en ontwikkelen zij 'chronische nierinsufficiëntie'.
Katten kunnen een combinatie van de onderstaande verschijnselen vertonen.
Heel vaak vermageren de katten ondanks een normale tot toegenomen eetlust.
Bijna de helft van de katten vertonen een verhoogde eetlust. Een klein percentage van de katten hebben periodes met verminderde tot slechte eetlust.
Eén derde van de katten zijn hyperactief, rusteloos en/of chagrijnig, miauwen veel, vertonen rillingen of agressief gedrag.
Soms zijn de katten juist apathisch ofwel lusteloos. Deze apathische vorm van hyperthyreoïdie kan het eindstadium betekenen.
*Lichte verhoging van de lichaamstemperatuur en vermijden daarom warme plaatsen.
*Meer drinken en urineren.
*Af en toe braken en/of diarree.
*Vaker en grotere hoeveelheden ontlasting.
*Versnelde ademhaling of benauwd.
*Soms een doffe, vettige, onverzorgde vacht.
Bij lichamelijk onderzoek wordt vaak een zeer snelle pols gemeten en vaak ook een bijgeruis op het hart gehoord. In zo'n geval is het meest waarschijnlijk ook sprake van hypertrofische cardiomyopathie door de hyperthyreoïdie.
Ongeveer 80% van de katten met hyperthyreoïdie hebben een verhoogde bloeddruk.
Een hoge bloeddruk kan de hersenfuncties aantasten en kan daardoor desoriëntatie en verward gedrag veroorzaken. Ook kan plotseling blindheid optreden door het loslaten van het netvlies.
In onze kliniek kan de bloeddruk bij katten worden gemeten met de Doppler bloeddrukmeter.
Hoe kan de diagnose hyperthyreoïdie worden vastgesteld?
De concentratie totaal schildklierhormoon in het bloed is de meest geschikte test voor
het opsporen van hyperthyreoïdie bij katten. In enkele gevallen valt de concentratie totaal schildklierhormoon echter binnen de normale waarden.
Hyperthyreoïdie kan ook worden vastgesteld door in de hals één of twee vergrote schildklieren te voelen. Maar deze kunnen door hun grootte zijn afgezakt tot in de borstkast en dan niet meer te voelen zijn.
Als met bloedonderzoek of door voelen de diagnose hyperthyreoïdie niet is te bevestigen, dan kan een scan ofwel scintigram van de schildklieren uitkomst bieden. Hiervoor moet de kat onder narcose worden gebracht.
Ook is het alleen op deze manier mogelijk te zien of de aandoening driezijdig aanwezig is.
Waarmee moet rekening worden gehouden
bij het meten van de concentratie totaal schildklierhormoon in het bloed van de kat?
Veel katten met hyperthyreoïdie hebben meerdere problemen.
Vooral met de aanwezigheid van nierfalen moet ernstig rekening worden gehouden. Door de hyperthyreoïdie kan namelijk veel nierweefsel reeds zijn vernietigd en toch de bloedwaarde (van bijvoorbeeld creatinine) voor het meten van de nierfunctie schijnbaar goed zijn.
Andere ziekten kunnen de concentratie schildklierhormoon in het bloed verlagen bij katten met hyperthyreoïdie en bij normale katten. Ziekten zoals nierfalen, suikerziekte, leverproblemen, longontsteking en tumoren, zoals lymfomen. Ook medicijnen zoals prednisolon en fenobarbital kunnen de concentratie schildklierhormoon in het bloed verlagen.
Bij sommige katten met lichte hyperthyreoïdie kan de concentratie schildklierhormoon in het bloed erg schommelen, waardoor je bij deze katten dan toch normale waarden vindt. Wanneer de diagnose twijfelachtig is, dan moet een maand later weer de hoeveelheid totaal schildklierhormoon bepaald worden. Wanneer de diagnose dan nog niet bevestigd kan worden, kan een T3 suppressietest worden uitgevoerd.
Waarom is vroegtijdige diagnose belangrijk?
Als de schildklieraandoening niet op tijd wordt vastgesteld en behandeld, dan leven de zieke katten over het algemeen niet langer dan 1 tot 2 jaar. De vroegtijdige dood van het dier is vooral te wijten aan de veranderingen in de nieren en/of het hart. Door de hoge bloeddruk worden namelijk de nieren beschadigd. Door de chronische overbelasting van het hart kan ook de hartspier dikker worden en sluiten de kleppen onvoldoende.
Welke behandelingsmogelijkheden zijn er?
Hyperthyreoïdie gaat bij katten niet vanzelf over. De ziekte is in het algemeen goed te behandelen als maar rekening wordt gehouden met de valkuilen die je kunt tegenkomen bij het kiezen tussen de verschillende behandelingsmogelijkheden.
Er zijn drie behandelingsmogelijkheden.
Met medicijnen.
Met schildklierremmende medicijnen, in de vorm van tabletten, kan een te hoge productie van schildklierhormoon onder controle worden gehouden, waardoor de ziekteverschijnselen onderdrukt worden. Alleen de ontwikkeling van de hartspierziekte 'cardiomyopathie' kan hiermee niet worden gestopt. De medicijnen vernietigen niet het afwijkende schildklierweefsel en moeten dus levenslang worden gegeven. Bij enkele katten kunnen bijwerkingen optreden. Daarom moet de dosering geleidelijk worden opgebouwd en bloedonderzoek worden verricht. De meeste bijwerkingen treden in de eerste drie maanden van de behandeling op.
Carbimazol-oorzalf is een nieuwe methode voor de behandeling van een kat met hyperthyreoïdie, die moeilijk tabletten is in te geven.
Met een operatie één vergrote schildklier verwijderen, is een betrekkelijk eenvoudige ingreep met weinig risico.
Maar bij meer dan 70% van de katten met hyperthyreoïdie zijn beide schildklieren vergroot of zal de tweede schildklier binnen 1 à 2 jaar vergroot raken.
Dus meestal is het noodzakelijk beide schildklieren te verwijderen, waarbij het risico van een tekort aan bijschildklierhormoon mogelijk is. Vlakbij de schildklier ligt namelijk de bijschildklier. Wanneer dit orgaantje wordt beschadigd of zelfs verwijderd, dan ontstaat een levensgevaarlijk tekort aan calcium in het bloed. Als beide schildklieren worden verwijderd, moet de kat daarom de eerste vijf dagen na de operatie heel intensief in de gaten worden gehouden en regelmatig bloed worden afgenomen en onderzocht.
Een nadeel is dat de operatie onder algehele narcose gebeurd en dit kan een probleem vormen bij katten die ten gevolge van een al langer bestaande hyperthyreoïdie de hartspierziekte 'cardiomyopathie' en/of ernstig nierfalen hebben ontwikkeld.
Als nog geen hartfalen en/of ernstig nierfalen aanwezig zijn en besloten wordt om te opereren, dan moet de toestand van de kat eerst worden gestabiliseerd door het schildklierremmende geneesmiddel 2 tot 3 weken lang toe te dienen. Pas daarna mag de operatie worden uitgevoerd, maar houdt toch altijd een zeker risico in.
Met een injectie radioactief jodium wordt alleen al het afwijkende schildklierweefsel vernietigd, ook in die gebieden waar we chirurgisch niet bij kunnen. Dit is de meest effectieve behandeling. De kat hoeft voor deze behandeling niet onder narcose, maar moet wel gedurende 3 tot 14 dagen in een speciale isolatieruimte worden opgenomen totdat de radioactiviteit uit de kat is verdwenen. In Nederland heeft alleen dierenkliniek 'De Lingehoeve' in Lienden in Gelderland de mogelijkheden en de vergunning om radioactief jodium toe te dienen.
Een nadeel is dat een kat met ver voortgeschreden hartfalen en/of ernstig nierfalen en/of suikerziekte niet behandeld kan worden in de isolatieruimte.
Ook bij deze laatste methode bestaat net als bij het chirurgisch verwijderen van beide schildklieren maanden tot jaren later toch een kleine kans op herhaling van de hyperthyreoïdieklachten.
De keuze voor het type behandeling van hyperthyreoïdie moet op basis van de aanwezigheid van andere ziektes en het karakter van de kat gemaakt worden.
N.B. Katten met tevens een zeer ernstig gestoorde nierfunctie kunnen beter niet voor de hyperthyreoïdie worden behandeld, maar alleen op een nierdieet worden gezet.
Door de hyperthyreoïdie wordt bij katten met zeer ernstig nierfalen het nog beetje goede nierweefsel beter benut, waardoor de ziekteverschijnselen van nierfalen verminderen.
_________________________________________________________________________________________________________________
Medicijnen:
Felimazole:
http://diergeneesmiddelen.info/index.ph ... zole-25-mg
Carbimazol: (humaan geneesmiddel)
http://www.consumed.nl/medicijnen/455/C ... n_generiek
Carbimazol oorzalf:
http://diergeneesmiddelen.info/index.ph ... carbimazol
Strumazol:: (humaan geneesmiddel)
http://www.consumed.nl/medicijnen/2545/Strumazol%C2%AE
verschil Felimazole en Carbimazol:
Carbimazol wordt in de lever omgezet tot de werkzame stof Thiamazol
Felimazole is hetzelfde als werkzame stof Thiamazole en hoeft dus niet meer omgezet te worden in de lever
Hyperthyreoidie ofwel een overactieve schildklierwerking is de meest voorkomende hormonale afwijking bij de oudere (gemiddeld 12 à 13 jaar) kat.
Zelden treedt het op bij katten jonger dan 8 jaar, en er is geen geslachts- of raspredispositie.
De schildklier bestaat uit twee delen die in de hals aan weerszijden van de luchtpijp zitten net onder het strottenhoofd. Bij enkele katten is ook nog schildklierweefsel in bijvoorbeeld de borstholte of de nek aanwezig.
De ziekteverschijnselen zijn het gevolg van een verhoogde productie van schildklierhormonen door een gezwel in de schildklier(en).
In 98% van de gevallen is het gezwel zeer goedaardig en in 2% van de gevallen kwaadaardig. Deze kwaadaardige tumoren zaaien echter meestal niet verder in het lichaam uit.
In 20% van de ziektegevallen betreft het maar één schildklier, in 70% beide schildklieren en in 10% is de aandoening driezijdig aanwezig. We spreken van driezijdig als ook het schildklierweefsel in de borstholte of de nek meedoet.
Wat zijn de ziekteverschijnselen bij hyperthyreoïdie?
Een verhoogde productie van schildklierhormonen verhoogt de stofwisseling en beïnvloedt zo de werking van vele organen, zoals het hart, het maagdarmkanaal, het zenuwstelsel en de nieren.
Zo gaat bijvoorbeeld het hart sneller en krachtiger pompen, waardoor de hartspier dikker wordt en de kat de hartspierziekte 'cardiomyopathie' ontwikkelt. Ook gaan bij vele katten met hyperthyreoïdie de nieren sneller achteruit en ontwikkelen zij 'chronische nierinsufficiëntie'.
Katten kunnen een combinatie van de onderstaande verschijnselen vertonen.
Heel vaak vermageren de katten ondanks een normale tot toegenomen eetlust.
Bijna de helft van de katten vertonen een verhoogde eetlust. Een klein percentage van de katten hebben periodes met verminderde tot slechte eetlust.
Eén derde van de katten zijn hyperactief, rusteloos en/of chagrijnig, miauwen veel, vertonen rillingen of agressief gedrag.
Soms zijn de katten juist apathisch ofwel lusteloos. Deze apathische vorm van hyperthyreoïdie kan het eindstadium betekenen.
*Lichte verhoging van de lichaamstemperatuur en vermijden daarom warme plaatsen.
*Meer drinken en urineren.
*Af en toe braken en/of diarree.
*Vaker en grotere hoeveelheden ontlasting.
*Versnelde ademhaling of benauwd.
*Soms een doffe, vettige, onverzorgde vacht.
Bij lichamelijk onderzoek wordt vaak een zeer snelle pols gemeten en vaak ook een bijgeruis op het hart gehoord. In zo'n geval is het meest waarschijnlijk ook sprake van hypertrofische cardiomyopathie door de hyperthyreoïdie.
Ongeveer 80% van de katten met hyperthyreoïdie hebben een verhoogde bloeddruk.
Een hoge bloeddruk kan de hersenfuncties aantasten en kan daardoor desoriëntatie en verward gedrag veroorzaken. Ook kan plotseling blindheid optreden door het loslaten van het netvlies.
In onze kliniek kan de bloeddruk bij katten worden gemeten met de Doppler bloeddrukmeter.
Hoe kan de diagnose hyperthyreoïdie worden vastgesteld?
De concentratie totaal schildklierhormoon in het bloed is de meest geschikte test voor
het opsporen van hyperthyreoïdie bij katten. In enkele gevallen valt de concentratie totaal schildklierhormoon echter binnen de normale waarden.
Hyperthyreoïdie kan ook worden vastgesteld door in de hals één of twee vergrote schildklieren te voelen. Maar deze kunnen door hun grootte zijn afgezakt tot in de borstkast en dan niet meer te voelen zijn.
Als met bloedonderzoek of door voelen de diagnose hyperthyreoïdie niet is te bevestigen, dan kan een scan ofwel scintigram van de schildklieren uitkomst bieden. Hiervoor moet de kat onder narcose worden gebracht.
Ook is het alleen op deze manier mogelijk te zien of de aandoening driezijdig aanwezig is.
Waarmee moet rekening worden gehouden
bij het meten van de concentratie totaal schildklierhormoon in het bloed van de kat?
Veel katten met hyperthyreoïdie hebben meerdere problemen.
Vooral met de aanwezigheid van nierfalen moet ernstig rekening worden gehouden. Door de hyperthyreoïdie kan namelijk veel nierweefsel reeds zijn vernietigd en toch de bloedwaarde (van bijvoorbeeld creatinine) voor het meten van de nierfunctie schijnbaar goed zijn.
Andere ziekten kunnen de concentratie schildklierhormoon in het bloed verlagen bij katten met hyperthyreoïdie en bij normale katten. Ziekten zoals nierfalen, suikerziekte, leverproblemen, longontsteking en tumoren, zoals lymfomen. Ook medicijnen zoals prednisolon en fenobarbital kunnen de concentratie schildklierhormoon in het bloed verlagen.
Bij sommige katten met lichte hyperthyreoïdie kan de concentratie schildklierhormoon in het bloed erg schommelen, waardoor je bij deze katten dan toch normale waarden vindt. Wanneer de diagnose twijfelachtig is, dan moet een maand later weer de hoeveelheid totaal schildklierhormoon bepaald worden. Wanneer de diagnose dan nog niet bevestigd kan worden, kan een T3 suppressietest worden uitgevoerd.
Waarom is vroegtijdige diagnose belangrijk?
Als de schildklieraandoening niet op tijd wordt vastgesteld en behandeld, dan leven de zieke katten over het algemeen niet langer dan 1 tot 2 jaar. De vroegtijdige dood van het dier is vooral te wijten aan de veranderingen in de nieren en/of het hart. Door de hoge bloeddruk worden namelijk de nieren beschadigd. Door de chronische overbelasting van het hart kan ook de hartspier dikker worden en sluiten de kleppen onvoldoende.
Welke behandelingsmogelijkheden zijn er?
Hyperthyreoïdie gaat bij katten niet vanzelf over. De ziekte is in het algemeen goed te behandelen als maar rekening wordt gehouden met de valkuilen die je kunt tegenkomen bij het kiezen tussen de verschillende behandelingsmogelijkheden.
Er zijn drie behandelingsmogelijkheden.
Met medicijnen.
Met schildklierremmende medicijnen, in de vorm van tabletten, kan een te hoge productie van schildklierhormoon onder controle worden gehouden, waardoor de ziekteverschijnselen onderdrukt worden. Alleen de ontwikkeling van de hartspierziekte 'cardiomyopathie' kan hiermee niet worden gestopt. De medicijnen vernietigen niet het afwijkende schildklierweefsel en moeten dus levenslang worden gegeven. Bij enkele katten kunnen bijwerkingen optreden. Daarom moet de dosering geleidelijk worden opgebouwd en bloedonderzoek worden verricht. De meeste bijwerkingen treden in de eerste drie maanden van de behandeling op.
Carbimazol-oorzalf is een nieuwe methode voor de behandeling van een kat met hyperthyreoïdie, die moeilijk tabletten is in te geven.
Met een operatie één vergrote schildklier verwijderen, is een betrekkelijk eenvoudige ingreep met weinig risico.
Maar bij meer dan 70% van de katten met hyperthyreoïdie zijn beide schildklieren vergroot of zal de tweede schildklier binnen 1 à 2 jaar vergroot raken.
Dus meestal is het noodzakelijk beide schildklieren te verwijderen, waarbij het risico van een tekort aan bijschildklierhormoon mogelijk is. Vlakbij de schildklier ligt namelijk de bijschildklier. Wanneer dit orgaantje wordt beschadigd of zelfs verwijderd, dan ontstaat een levensgevaarlijk tekort aan calcium in het bloed. Als beide schildklieren worden verwijderd, moet de kat daarom de eerste vijf dagen na de operatie heel intensief in de gaten worden gehouden en regelmatig bloed worden afgenomen en onderzocht.
Een nadeel is dat de operatie onder algehele narcose gebeurd en dit kan een probleem vormen bij katten die ten gevolge van een al langer bestaande hyperthyreoïdie de hartspierziekte 'cardiomyopathie' en/of ernstig nierfalen hebben ontwikkeld.
Als nog geen hartfalen en/of ernstig nierfalen aanwezig zijn en besloten wordt om te opereren, dan moet de toestand van de kat eerst worden gestabiliseerd door het schildklierremmende geneesmiddel 2 tot 3 weken lang toe te dienen. Pas daarna mag de operatie worden uitgevoerd, maar houdt toch altijd een zeker risico in.
Met een injectie radioactief jodium wordt alleen al het afwijkende schildklierweefsel vernietigd, ook in die gebieden waar we chirurgisch niet bij kunnen. Dit is de meest effectieve behandeling. De kat hoeft voor deze behandeling niet onder narcose, maar moet wel gedurende 3 tot 14 dagen in een speciale isolatieruimte worden opgenomen totdat de radioactiviteit uit de kat is verdwenen. In Nederland heeft alleen dierenkliniek 'De Lingehoeve' in Lienden in Gelderland de mogelijkheden en de vergunning om radioactief jodium toe te dienen.
Een nadeel is dat een kat met ver voortgeschreden hartfalen en/of ernstig nierfalen en/of suikerziekte niet behandeld kan worden in de isolatieruimte.
Ook bij deze laatste methode bestaat net als bij het chirurgisch verwijderen van beide schildklieren maanden tot jaren later toch een kleine kans op herhaling van de hyperthyreoïdieklachten.
De keuze voor het type behandeling van hyperthyreoïdie moet op basis van de aanwezigheid van andere ziektes en het karakter van de kat gemaakt worden.
N.B. Katten met tevens een zeer ernstig gestoorde nierfunctie kunnen beter niet voor de hyperthyreoïdie worden behandeld, maar alleen op een nierdieet worden gezet.
Door de hyperthyreoïdie wordt bij katten met zeer ernstig nierfalen het nog beetje goede nierweefsel beter benut, waardoor de ziekteverschijnselen van nierfalen verminderen.
_________________________________________________________________________________________________________________
Medicijnen:
Felimazole:
http://diergeneesmiddelen.info/index.ph ... zole-25-mg
Carbimazol: (humaan geneesmiddel)
http://www.consumed.nl/medicijnen/455/C ... n_generiek
Carbimazol oorzalf:
http://diergeneesmiddelen.info/index.ph ... carbimazol
Strumazol:: (humaan geneesmiddel)
http://www.consumed.nl/medicijnen/2545/Strumazol%C2%AE
verschil Felimazole en Carbimazol:
Carbimazol wordt in de lever omgezet tot de werkzame stof Thiamazol
Felimazole is hetzelfde als werkzame stof Thiamazole en hoeft dus niet meer omgezet te worden in de lever